Ik wil advies

Afbouw van de salderingsregeling na 2023

De minister geeft meer duidelijkheid

Afbouw van de salderingsregeling na 2023

De salderingsregeling die ervoor zorgt dat we de stroom die we aan het net leveren, 1-op-1 mogen verrekenen met stroom die we afnemen, gaat op de schop. Vanaf 1 januari 2023 wordt de regeling langzaam afgebouwd. Minister Wiebes geeft in een brief van 28 oktober meer duidelijkheid over de plannen.

Hessel van den Berg
30 oktober 2019

Update 27 mei 2022: het laatste nieuws over de salderingsregeling vindt u door hier te klikken.

Hoe zit het ook alweer? Dankzij de salderingsregeling mag iedereen met een kleinverbruikersaansluiting (d.w.z. een aansluiting met een grootte van 3 x 80 Ampère of minder, zoals vrijwel alle huisaansluitingen) de stroom die ze met zonnepanelen opwekken en terugleveren aan het net, aftrekken van de stroom die ze afnemen van het net. Op die manier betalen ze alleen voor het verschil.

 

Winnaars en verliezers

Dit is een wettelijke regeling, die bedoeld is om mensen te stimuleren om zonnepanelen te nemen. De ‘winnaars’ van de regeling zijn de mensen met zonnepanelen, want die krijgen de volle mep voor hun stroom, terwijl de ‘verliezers’ de energieleveranciers zijn, want die moeten niet alleen de ‘kale’ stroomprijs betalen, maar ook nog de belastingen en heffingen daarbovenop. En ook de staat levert een fors bedrag aan heffingen en belastingen in.

Mooi geregeld voor de zonnepanelenbezitters dus, alleen: op een gegeven moment is zo’n systeem niet meer houdbaar. Als heel veel mensen zonnepanelen hebben, dan worden de lasten voor de energieleveranciers te hoog, en loopt de staat teveel inkomsten mis. Daarom heeft minister Wiebes besloten om de salderingsregeling langzaam maar zeker af te bouwen.

Niet meer de volle mep

Vanaf 1 januari 2023 krijgt u volgens zijn nieuwste voorstel niet meer de volle mep voor de teruggekeerde stroom. Stap voor stap wordt de hoeveelheid stroom die u mag salderen, afgebouwd naar uiteindelijk 0 in 2031. Maar hoe moeten we dat voor ons zien?

Op dit moment valt nog 100% van de stroom die u teruglevert, onder de salderingsregeling. Van 2023 tot 2031 neemt dat percentage elk jaar af, om uiteindelijk op 0 te eindigen. Het lijkt logisch dat dit elk jaar met dezelfde hoeveelheid zou afnemen, dus met 11% per jaar. Dat wil zeggen dat u bijvoorbeeld over 2023 (het eerste jaar) nog slechts 89% van uw teruggeleverde stroom zou mogen salderen. Dat betekent dat van alle stroom die u aan het net teruglevert in 2023, 89% voor het volle pond wordt vergoed. Maar voor de overige 11% krijgt u ook nog steeds wat, alleen niet meer zoveel: hiervoor krijgt u, zoals de minister het verwoordt, een ‘redelijke vergoeding’. Deze ligt een stuk onder de stroomprijs inclusief heffingen en belastingen, maar is zeker niet verwaarloosbaar.

hoe een stapsgewijze afbouw van de salderingsregeling tot het jaar 2031 eruit kan zien

hoe een stapsgewijze afbouw van de salderingsregeling tot het jaar 2031 eruit kan zien

Redelijke vergoeding

Voor de hoogte van de 'redelijke vergoeding' is de minister nog van plan nieuwe regels op te stellen, maar in zijn brief spreekt hij van de huidige terugleververgoeding (voor mensen die in een jaar meer stroom terugleveren dan ze afnemen) die tussen de 4 en 12 cent per kWh schommelt, afhankelijk van de energieleverancier.

Laten we eens een rekenvoorbeeld geven, met wat aannames over opwekking, verbruik, teruglevering, stroomtarieven en de ‘redelijke vergoeding’. Stel we nemen een huishouden met een jaarlijks energieverbruik van 3500 kWh. De zonnepanelen op het dak leveren toevallig precies hetzelfde, dus 3500 kWh per jaar. Daarmee komt dit huishouden, dankzij de salderingsregeling, uit op 0, althans: voor de stroom betalen ze uiteindelijk niks, maar voor de vaste leverings- en netbeheerskosten zijn ze nog wel een bedrag verschuldigd, en ze krijgen de ‘vermindering energiebelasting’ nog terug. Maar voor nu kijken we alleen maar naar de stroomkosten.

Van de 3500 kWh die hun zonnepanelen opwekken, gebruiken ze 1000 kWh meteen in huis: dat is het zogenaamde ‘eigenverbruik’. De overige 2500 kWh stroomt terug naar het net, en wordt geregistreerd als ‘teruglevering’. Daarnaast hebben ze op andere momenten (als de zon niet schijnt) juist weer stroom nodig van het net, en dat is de ‘afname’. Die ligt bij hen ook op 2500 kWh.

Laten we nu eens aannemen dat de gemiddelde stroomprijs inclusief alles over de komende jaren gemiddeld zo’n 25 cent per kWh is. (Op dit moment is deze volgens het CBS iets lager, maar we moeten rekening houden met een stijging over de komende jaren). Voor de ‘redelijke vergoeding’ gaan we ergens zitten tussen de 4 en 12 cent waar de minister over schreef: bijvoorbeeld 7 cent per kWh. Hoe zit nu de opbrengst van de zonnepanelen er voor dit huishouden uit over de komende jaren?

Tot 2023 is het simpel: elk jaar wordt de totale teruglevering (2500 kWh) vergoed tegen de volledige stroomprijs. Vanaf 2023 wordt een deel, dat elk jaar kleiner wordt, gesaldeerd, en de rest valt onder de ‘redelijke vergoeding’. In de tabel laten we zien hoe dat eruit ziet:

Jaar Percentage salderen Percentage niet-salderen Eigen-verbruik Opbrengst salderen Opbrengst niet-salderen Totaal
   

= 100% minus wat je mag salderen

= 1000 kWh x 25 cent

= 2500 kWh x percentage salderen x 25 cent

= 2500 kWh x percentage niet-salderen x 7 cent

 
2020 100 % 0 % € 250 € 625 € 0 € 875
2021 100 % 0 % € 250 € 625 € 0 € 875
2022 100 % 0 % € 250 € 625 € 0 € 875
2023 89 % 11 % € 250 € 556 € 19 € 826
2024 78 % 22 % € 250 € 488 € 39 € 776
2025 67 % 33 % € 250 € 419 € 58 € 727
2026 56 % 44 % € 250 € 350 € 77 € 677
2027 45 % 55 % € 250 € 281 € 96 € 628
2028 34 % 66 % € 250 € 213 € 116 € 578
2029 23 % 77 % € 250 € 144 € 135 € 529
2030 11 % 89 % € 250 € 69 € 156 € 475
2031 0 % 100 % € 250 € 0 € 175 € 425
          Totaal t/m 2031 € 8264

We zien in de tabel dat de totale opbrengst van de zonnepanelen elk jaar uit 3 gedeelten bestaat: Eén deel is de opbrengst die meteen in huis gebruikt wordt (het ‘eigenverbruik’); hiervoor rekenen we de volle stroomprijs, want dit is stroom die niet hoeft te worden aangekocht. Het tweede deel is wat er gesaldeerd mag worden; dit loopt elk jaar terug tot uiteindelijk 0. En het derde deel is wat er wordt teruggeleverd maar niet gesaldeerd mag worden, en waarvoor alleen de ‘redelijke vergoeding’ wordt betaald. Dit gedeelte wordt elk jaar meer, tot het jaar 2031, waarna het gelijk blijft.

Eigenverbruik verhogen

We zien aan de berekening dat zonnepanelen nog steeds een behoorlijk goede financiële opbrengst kunnen geven, ook na de wijzigingen in de salderingsregeling. Maar wat ook interessant is, is om eens te kijken wat er gebeurt als dit huishouden zijn ‘eigenverbruik’ omhoog weet te schroeven. Laten we bekijken hoe het financiële plaatje eruit ziet als ze veel méér stroom direct in huis gebruiken en minder hoeven af te nemen. Bijvoorbeeld: ze verbruiken 2500 kWh per jaar meteen thuis, en leveren de overige 1000 kWh terug aan het net.

Jaar

Percentage salderen

Percentage niet-salderen

Eigen-verbruik

Opbrengst salderen

Opbrengst niet-salderen

Totaal

 

 

= 100% minus wat je mag salderen

= 2500 kWh x 25 cent

= 1000 kWh x percentage salderen x 25 cent

= 1000 kWh x percentage niet-salderen x 7 cent

 

2020

100 %

0 %

€ 625

€ 250

€ 0

€ 875

2021

100 %

0 %

€ 625

€ 250

€ 0

€ 875

2022

100 %

0 %

€ 625

€ 250

€ 0

€ 875

2023

89 %

11 %

€ 625

€ 223

€ 8

€ 855

2024

78 %

22 %

€ 625

€ 195

€ 15

€ 835

2025

67 %

33 %

€ 625

€ 168

€ 23

€ 816

2026

56 %

44 %

€ 625

€ 140

€ 31

€ 796

2027

45 %

55 %

€ 625

€ 113

€ 39

€ 776

2028

34 %

66 %

€ 625

€ 85

€ 46

€ 756

2029

23 %

77 %

€ 625

€ 58

€ 54

€ 736

2030

11 %

89 %

€ 625

€ 28

€ 62

€ 715

2031

0 %

100 %

€ 625

€ 0

€ 70

€ 695

 

 

 

 

 

Totaal t/m 2031

€ 9605

Ziet u het verschil? Wanneer het huishouden meer van de zelf-opgewekte stroom direct verbruikt, dan is de opbrengst € 9605 in plaats van € 8264, oftewel een winst van € 1341 over de komende 12 jaar, en die winst neemt in de jaren daarna alleen nog maar toe.

Conclusie: zonnepanelen blijven lonen

Hoewel de cijfers die we gebruiken alleen nog maar aannames zijn, en er nog een aantal dingen verder opgehelderd moeten worden, kunnen we wel alvast twee dingen concluderen:

  1. een investering in zonnepanelen loont nog altijd de moeite, en kan een behoorlijke opbrengst geven over de komende 12 jaar èn daarna.
  2. door het eigenverbruik te verhogen, kan deze opbrengst nog een stuk verder worden verhoogd.

Meer weten? Vraag onze adviseurs hoe het zit en hoe u ook na 2023 volop kunt profiteren van uw zonnepanelen. De brief van de minister vindt u op de site van de rijksoverheid (rijksoverheid.nl) door te zoeken op 'afbouw salderingsregeling'.

Weten wat bij u mogelijk is?

Vraag vrijblijvend advies aan
Advies aanvragen